Oppervlaktetype Automatische waterkering voor Metro

Korte beschrijving:

Regelmatig onderhoud en inspectie

Waarschuwing! Deze apparatuur is een belangrijke veiligheidsvoorziening voor overstromingsbeheersing. De gebruiker dient vakmensen met specifieke mechanische en laskennis aan te stellen om regelmatig inspecties en onderhoud uit te voeren en het inspectie- en onderhoudsformulier (zie de bijgevoegde tabel in de producthandleiding) in te vullen om ervoor te zorgen dat de apparatuur te allen tijde in goede staat verkeert en normaal wordt gebruikt! Alleen wanneer de inspectie en het onderhoud strikt volgens de volgende vereisten worden uitgevoerd en het "inspectie- en onderhoudsformulier" is ingevuld, kunnen de garantievoorwaarden van het bedrijf van kracht zijn.


Productdetails

Veelgestelde vragen

Productlabels

Model waterkerende hoogte Iinstallatiemodus draagvermogen
Hm4d-0006E 620 opbouw (alleen voor voetgangers)metrotype

Toepassingsgebied

Cijfer Mark Bdraagvermogen (KN) Atoepasselijke gelegenheden
Metrotype E 7,5 Ingang en uitgang van de metro.

De hydrodynamische automatische waterkering model Hm4d-0006E is toepasbaar bij de in- en uitgang van metro- of metrostations waar alleen voetgangers mogen komen.

(1) Locatie van de oppervlakte-installatie

a) De hoogte is ongeveer 5 cm vanaf de grond. Het is belangrijk om te voorkomen dat de bodem van de auto bekrast raakt wanneer deze volledig beladen is. Bij een volledig beladen auto is de minimale bodemvrijheid: Pentium B70 = 95 mm, Honda Accord = 100 mm, Feidu = 105 mm, enz.

b) De locatie moet zich bevinden op het horizontale gedeelte bovenaan de helling, aan de binnenkant van de buitenste opvangsloot, of op de opvangsloot worden geïnstalleerd. Redenen: klein water kan via de opvangsloot worden afgevoerd; het voorkomt terugstroming in de opvangsloot nadat de gemeentelijke leiding vol is.

c)Hoe hoger de installatielocatie, hoe hoger het waterretentieniveau.

(1) De waterpasheid van het installatieoppervlak

a) Het horizontale hoogteverschil van het installatieoppervlak aan het einde van de muur aan beide zijden ≤ 30 mm (gemeten met een laserwaterpasmeter)

(2) De vlakheid van het installatieoppervlak

a) Volgens de code voor de acceptatie van de bouwkundige kwaliteit van de bouwgrondtechniek (GB 50209-2010) mag de afwijking van de vlakheid van het oppervlak niet meer dan 2 mm bedragen (gemeten met een 2 m lange richtlijn en een wigvoeler). Anders moet de grond eerst worden geëgaliseerd, anders zal het onderste frame na installatie gaan lekken.

b) Vooral de ondergrond met antislipbehandeling dient eerst geëgaliseerd te worden.

7

8


  • Vorig:
  • Volgende: